De wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties (hierna GAS-wet) voorziet de wettelijke mogelijkheid voor de gemeenteraad om straffen of administratieve sancties te bepalen voor de inbreuken op zijn reglementen of verordeningen. Dit kan in beginsel niet voor inbreuken waarvoor ook door of krachtens een wet, decreet of ordonnantie straffen of administratieve sancties zijn bepaald.. Artikel 3 van de GAS-wet bepaalt op dit beginsel echter enkele uitzonderingen, waardoor voor de daarin opgenomen misdrijven tegelijk ook een administratieve sanctie kan worden bepaald. Deze inbreuken worden “gemengde inbreuken” genoemd. De omzendbrief van het Parket licht deze nader toe, met inbegrip van de onderscheiden categorieën GAS-inbreuken.
De procureur des Konings is verantwoordelijk voor een coherent opsporings- en vervolgingsbeleid binnen zijn arrondissement.
Een gedifferentieerd vervolgingsbeleid inzake de sanctionering van de gemengde inbreuken, verschillend per gemeente, dient vanuit de wettelijke bevoegdheid van de procureur des Konings absoluut vermeden te worden. Om die reden stemt de procureur des Konings ook enkel in met de toepassing van GAS in gemeenten/steden die een protocolakkoord met zijn ambt hebben afgesloten met betrekking tot de betrokken gemengde inbreuken.
Artikel 23, §1 van de GAS-wet bepaalt immers dat met betrekking tot bepaalde van deze gemengde inbreuken (GAS 2 en GAS 3) de stad/gemeente en de bevoegde procureur des Konings een protocolakkoord kunnen afsluiten. Voor GAS 4-inbreuken is dit verplicht. Voor GAS 5-inbreuken is dat dan weer niet nodig en kunnen steden en gemeenten dit autonoom bepalen, zonder protocol met de procureur des Konings. Wanneer geen protocolakkoord werd afgesloten met de procureur des Konings, zal de politiezone de processen-verbaal inzake de gemengde inbreuken GAS 2, GAS 3 en GAS 4 overmaken aan het parket conform de hiervoor geldende richtlijnen, en kan geen kopie of origineel proces-verbaal inzake deze gemengde inbreuken worden overgemaakt aan de sanctionerend ambtenaar.
In het protocolakkoord worden afspraken gemaakt over de procedure en afhandeling van de gemengde inbreuken. Het protocolakkoord bevat afspraken omtrent de uitwisseling van informatie tussen de sanctionerend ambtenaar en de procureur des Konings inzake de behandeling van de gemengde inbreuken.
Door de Procureur des Koning van het gerechtelijk arrondissement West-Vlaanderen werden in de arrondissementele omzendbrief WVL 2024/05 dd. 20.02.2024 nieuwe richtlijnen met betrekking tot de toepassing van GAS in het arrondissement West-Vlaanderen opgesteld. Dit betreft een vernieuwd en uniform protocolakkoord voor de hele provincie West-Vlaanderen, dat in het hele arrondissement gebruikt zal worden. Het parket West-Vlaanderen wil duidelijkheid scheppen over de toepassing van GAS met betrekking tot gemengde inbreuken in het arrondissement West-Vlaanderen en daarbij een zo groot mogelijke uniformiteit nastreven. Deze werkwijze biedt ook de beste waarborgen voor de rechtsonderhorige naar rechtszekerheid toe. Voorliggend protocol vervangt beide het voorgaande protocol dd. 2014 en het addendum erbij dd. 2021. Het vernieuwde protocol zal in werking zal treden op 01.06.2024.
Het bestaande protocolakkoord van 08.12.2014 voorzag reeds in 5 algemene uitsluitingsgronden voor de toepassing van GAS inzake gemengde inbreuken :
Het vernieuwde protocolakkoord van 2024 heeft een duidelijkere indeling inzake toepassingsgebied (art.1) en maakt een duidelijke opdeling tussen GAS2 en GAS 3 inbreuken.
Ook wordt in de richtlijn van het parket verduidelijkt voor welk type sluikstort de sanctionerend ambtenaar niet langer bevoegd zal zijn (bedrijfsafval, Klein Gevaarlijk Afval (kga) en groot huisvuil , evenals huishoudelijk afval met een omvang van minimaal 1 m³);
Ook indien naar aanleiding van een vaststelling van een GAS 1-inbreuk aanwijzingen zijn van een mogelijke Verontrustende Opvoedingssituatie in hoofde van een minderjarige, dient de politie hiervan altijd worden ingelicht door de vaststeller, en valt dit buiten de bevoegdheid van de sanctionerend ambtenaar.
Uit het bestaande bevoegdhedenpakket van de sanctionerend ambtenaar verdwijnen eveneens voortaan:
Inzake overtredingen betreffende het stilstaan en parkeren werden geen wijzigingen aangebracht ten opzichte van het voorgaande addendum van 22.10.2021 gevoegd bij het protocol gemengde inbreuken. In afwachting van en onder opschortende voorwaarde van inwerkingtreding van de vernieuwde Wegcode en uitvoeringsbesluiten, werd alvast proactief in het protocol ook melding gemaakt van vaststelling van overtredingen van verkeersbord C3 (verboden toegang in beide richtingen), F103 (voetgangerszone) en F111 (inhalen in fietsstraat)in een fietserstraat (dit met weglating van de uitsluitende voorwaarde tot vaststelling hiervan via ANPR-camera’s);
De arrondissementele omzendbrief heeft ten aanzien van de burgemeesters slechts een adviserend karakter en doet op geen enkele wijze afbreuk aan het principe van de gemeentelijke autonomie. Het streven naar duidelijkheid en eenvormigheid staat niet in de weg dat lokale besturen eigen accenten leggen, afgestemd op de lokale veiligheidsproblematiek en noden van de diverse steden en gemeenten. Het is wel ten stelligste aan te bevelen, zeker voor wat betreft de zogenaamde ‘gemengde inbreuken’, om binnen één politiezone eenzelfde regime inzake GAS te voorzien.
Gelet op het verzoek vanwege de Procureur des Konings Kortrijk tot vaststelling door het College van burgemeester en schepenen van elke gemeente binnen de PZ Grensleie van het vernieuwde protocolakkoord inzake toepassing van Gemeentelijke administratieve sancties inzake gemengde inbreuken; Het protocolakkoord dient volgens artikel 23 van de GAS-wet worden gesloten tussen de bevoegde Procureur des Konings en het college van burgemeester en schepenen, en dient vervolgens ter bekrachtiging worden voorgelegd aan de gemeenteraad.
Gelet op het recente overleg met de referentiemagistraat inzake de zonale uniforme toepassing van het protocol;
Gelet op het zonaal overleg door de werkgroep APV, in functie van zonale uniformiteit en afstemming;
Gelet op het voorafgaand overleg met de politiediensten en toelichting aan het politiecollege op 06.05.2024;
Gelet op de bespreking op het zonaal veiligheidsoverleg dd. 30.04.2024;
Gelet op het protocolakkoord zoals goedgekeurd in zitting van het schepencollege dd. 24.04.204 en ondertekend op 30.04.2024.
Dit protocolakkoord betreft enkel de goedkeuring van het protocolakkoord met het Parket (bijlage 1 bij brief Parket); de bijlage 2, met name voorstel tot aanpassingen aan de bijzondere politieverordening inzake stilstaan en parkeren, zal aan een latere gemeenteraad worden voorgelegd ter evaluatie van de bijzondere politieverordening, en ter goedkeuring van voorgestelde aanpassingen, dit onder opschortende voorwaarde van definitieve goedkeuring van de uitvoeringsbesluiten en implementatie van de gewijzigde Wegcod;
Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen in zitting van 24 april 2024;
Artikel 1: De Gemeenteraad bekrachtigt de beslissing van het College van burgemeester en schepenen dd. 24.04.2024 tot vaststelling en goedkeuring van het protocolakkoord inzake gemengde inbreuken tussen de Procureur des Konings van het gerechtelijk arrondissement West-Vlaanderen enerzijds, en de stad Menen anderzijds. De gemeenteraad bekrachtigt hierbij het protocolakkoord dd. 30.04.2024, dat in bijlage hieraan wordt gehecht.
Artikel 2: Dit vernieuwd protocol alsook de bekrachtigingsbeslissing zal bekendgemaakt worden zoals voorzien in de bepalingen van artikel 119 Nieuwe Gemeentewet, artikelen 285 tot89 Decreet Lokaal Bestuur, en overeenkomstig artikel 15 van de Wet van 24 juni 2013 (GAS-wet) en latere wijzigingen. Dat gebeurt door publicatie op de gemeentelijke website en het digitaal webportaal, en digitale doorzending aan het bestuurlijk toezicht.
Artikel 3: Afschrift van deze gemeenteraadsbeslissing tot bekrachtiging protocolakkoord zal worden overgemaakt ter kennisgeving aan: